Sommige momenten staan in mijn geheugen gegrift. Ik weet nog waar ik was, wat ik aanhad, wie wat deed op dat moment en hoe ik me voelde. Een soort 4d filmpje zeg maar, dat automatisch wordt afgespeeld op het moment dat ik iets uit dat moment ruik, voel of zie. Het 4d effect zit hem vooral in het feit dat ik ook weer de emotie van dat moment door mijn lijf voel stromen. Alsof het net gebeurd is, maar dat is heel vaak niet het geval. Sterker nog, vaak zijn het momenten van jaren geleden.
Zo weet ik nog dat ik op de bank zat rond half zes op 2 juli 2016. De kinderen waren iets aan het kijken op tv en ik zat met een rood wijntje, één been onder mijn billen een beetje te scrollen op mijn telefoon. Mijn oog viel op de omslagfoto van de zorgboerderij van mijn middelste. Hij zat er pas net en had er ontzettend naar zijn zin. Ineens biggelden de tranen over mijn wangen, dusdanig dat ik eigenlijk geen woord kon uitspreken. Mijn man kwam aanlopen, heus gewend aan mijn grilligheid, maar toch ditmaal verbaasd over de plotselinge tranen. Ik kon hem alleen maar de foto laten zien. Ook bij hem maakte deze foto de nodige emotie los.
Destijds schreef ik bij de foto:“voor velen gewoon een foto van 2 kinderen met kuikens, voor ons als ouders een foto waarvan we tranen van geluk in onze ogen krijgen. De details in deze foto zijn zo veelzeggend over hoe hij zich voelt op de boerderij. De handen gevouwen voor hem, het licht gebogen been dat naar buiten valt. Totale ontspanning waardoor hij in staat is contact te maken, als bewijs daarvan de volle aanraking van de voetzool van het vriendje. Ons mooie kind heeft eindelijk een plekje waar hij helemaal zichzelf kan zijn, waar de wereld gaat in een tempo wat hij aankan, waar hij de batterij kan opladen.”
Nog steeds denk ik dat het lastig voor te stellen is hoe hij in de periodes ervoor altijd, echt altijd, altijd met spanning in zijn lijfje liep. Altijd waren zijn schoudertjes hoog, altijd was de blik afgewend, altijd werd op elk woord, elke toon, elke frons, elk gebaar, elke zin gelet. Altijd was er eerst een afwijzing, een handgebaar, een teruggetrokken reactie, een schreeuw, een escalatie. Nooit was iets in een keer goed, nooit was het rustig, nooit was er echt contact.
En ineens was daar die foto, het bewijs dat we niet voor niets zo vochten voor onze zoon in hulpverleningsland. Heel veel mensen hadden heus begrip, maar gezien de introverte aard van ons kind kregen ook heel veel mensen niet mee wat voor strijd we echt voerden met ons kind. En dus werd er door menig één ook getwijfeld aan de noodzaak van bijvoorbeeld passende onderwijs op een andere school of de noodzaak van een wekelijkse gang naar een zorgboerderij. Vaak voelde ik me die zeurouder, die ook nog eens haar kind bijna afviel en vooral de nare kanten liet zien om maar te regelen dat die plek er toch echt ging komen.
En toen kwam dus die foto, de bevestiging voor ons dat we het echt bij het goede eind hadden. Dat hij een plekje nodig had om tot rust te komen, om de wereld te ontdekken op zijn manier en op zijn tempo. Om zijn batterij op te kunnen laden. Dat hij tot dan alleen maar aan het overleven was en dat hij meer nodig had dan een uurtje rustig op zijn kamer spelen. En dat als hij zo’n plekje zou hebben dat hij dan zou leren ontspannen en van daaruit andere dingen zou leren.
Het zien van de foto was dus een ontlading en terwijl ik dat 4d filmpje afspeel in mijn hoofd voel ik weer die diepe zucht die in mijn lijf zit en voel ik de tranen opwellen. Niet alleen de tranen van destijds, het gevoel dat mijn moederhart me het juiste ingaf en dat ik altijd terecht in mijn kind ben blijven geloven. Nu nee zijn het ook tranen van besef. Het besef dat we toch wel echt van ver zijn gekomen.
Dat besef is er namelijk heel vaak niet meer. Na het magische moment op de foto volgden er nog velen. De bulderende lach als hij vertelde over iets wat er gebeurd was op de boerderij, de grijns van oor tot oor tijdens een ritje op de shovel. De knuffel die ik kreeg als ik hem ophaalde en het speelse gemak waarmee hij contact maakte met zijn vriendjes. En heel fijn niet alleen op de boerderij, maar ook steeds vaker thuis was er ontspanning, tijd voor een lachje en kon een foutje in de planning opgelost worden zonder dichtslaande deur. Steeds vaker is de batterij volledig opgeladen, is hij volledig ontspannen en kan ons kind het tempo van de gewone wereld aan.
En dus is er een nieuw filmpje in mijn hoofd gemaakt. Het moment dat het acht uur ’s avonds is en hij op de vierde trede zit van de trap naar boven. Zijn ene arm hangend aan de trapleuning, de ander nonchalant over zijn linkerknie. Met zijn haar in de war en rode konen op zijn wangen. Het moment waarop hij zelf besloot dat hij niet meer naar de boerderij wilde. Dat hij heel graag wilde spelen met zijn voetbalvriendjes en dat hij ook wel eens een zaterdag niets wilde hebben. Dat hij heus nu veel beter wist hoe je een vrije dag kon invullen en dat hij inmiddels zelf kon bedenken wat hij ging doen. Dat hij meer zelfreflectie liet zien dan menig volwassene en dat het dus tijd is om hem daarin ook de regie te geven. Het tijdperk zorgboerderij is dus afgesloten, maar gelukkig hebben we de foto’s nog .